,,Is er geen doventolk opgeroepen?'' vroeg de rechter aan de verbaasde officier van justitie. ,,Ik geloof dat hij kan liplezen. Gebarentaal voor doven verstaat hij denk ik niet,'' reageerde die.
Met de handen als een toeter om de mond gevouwen herhaalde de politieagent, die de Spijkenisser vanuit de cel de rechtszaal had binnengebracht, schreeuwend de vraag. ,,Nee,'' antwoordde de verdachte. ,,Wanneer is uw apparaat kapot gegaan?'' vroeg de rechter. ,,In augustus,'' was het antwoord.
,,Volgens mij neemt hij de boel in de maling,'' zei de officier van justitie. De rechter tegen de verdachte: ,,Na de gebeurtenis in het verzorgingstehuis heeft u bij de politie wel een verklaring afgelegd. Kon u toen wel horen?'' Nadat de agent weer schreeuwend de vraag had 'vertaald', meldde de verdachte: ,,Toen schreef ik. Maar ik houd me aan die verklaring bij de politie.''
De officier: ,,Dit wordt echt niks. Als hij me niet verstaat, kan ik de zaak niet voordragen.'' De rechter besloot eerst via een advocaat te informeren naar verdachtes hoorvermogen en de mogelijkheid om met hem te communiceren. ,,Misschien heeft meneer wel helemaal niet kunnen horen, dat hij uit het bejaardenhuis werd weggestuurd.''
Bron: AD-Rotterdam