Noodkreet van een dove voetballer

geboorte) doof is, zijn ze gewend. De meeste jongens spelen al jaren met hem. Met een blik of gebaar weten ze in het veld zijn aandacht te trekken. Hij is een betrokken speler. Hij volgt niet alleen de reguliere trainingen, maar gaat ook twee keer per week naar de sportschool. Hij zet zich niet alleen in voor zijn team in Twello, maar ook voor het Nederlands Doven Elftal (NDE), waarin hij al vijf jaar een onmisbare speler is. Met glanzende ogen vertelt hij over de Deaflympics, de Olympische Spelen voor doven, in 2005 in Melbourne, waar hij schitterde in zijn oranje shirt.

Dit jaar waren er weer Olympische Spelen voor doven. Maar Doof Oranje had zich daarvoor niet geplaatst. Dat heeft volgens de Twellose voetballer alles te maken met de voorbereiding en training. "Er is gewoon altijd te weinig geld voor dovenvoetbal."

Onlangs kreeg Tjandé Syaranamual een e-mail van het bestuur van Dovensport. Alle trainingen voor dit najaar zijn geannuleerd wegens gebrek aan geld. "Hoe moeten we nu trainen voor de EK in 2011?" Luuk Ruinaard, bestuurslid van Dovensport, deelt Syaranamuals wanhoop. Zelf speelde hij twaalf jaar in het nationale dovenelftal. "Tijdens de WK in los Angeles in 1985 kregen we zakgeld. Nu moeten de spelers zelf een deel van het reisgeld betalen. Waarom bekommert de KNVB zich niet om ons? Alle 40 spelers van het NDE en Jong NDE zijn lid van de KNVB. Ze spelen bij amateurclubs, verspreid over het land. We streven ernaar om zes keer per jaar met elkaar te trainen. Dat is het absolute minimum. Op dit moment kunnen we de trainer niet meer betalen. Laat staan dat we geld hebben voor de EK (in 2011 in Denemarken) en de Olympische spelen." Maar het bestuur van Dovensport legt zich niet neer bij de situatie. Er wordt naarstig gezocht naar sponsors en er ligt ook een verzoek om steun bij de KNVB. Tjandé Syaranamual blijft in elk geval hard trainen in Twello. Hij ziet verlangend uit naar de volgende Deaflympics, in 2013 in Athene.

Bron: De Stentor - DovenNieuws.eu